Transnationale gegevensverzameling en een EU-streefcijfer voor digitale vaardigheden van leerlingen

Huidige uitdagingen

Digitale basisvaardigheden zijn essentieel voor alle burgers om effectief te kunnen deelnemen aan een wereld die steeds digitaler wordt. Tijdens de coronacrisis werd duidelijk dat elementaire en geavanceerde digitale vaardigheden belangrijk zijn om onze economieën en samenlevingen draaiende te houden. 

Jongeren hebben over het algemeen weliswaar betere digitale vaardigheden dan de rest van de bevolking in Europa, maar toch toont onderzoek aan dat ze niet per se geavanceerde digitale vaardigheden ontwikkelen doordat ze opgroeien met digitale apparaten. 

In tegenstelling tot andere basisvaardigheden zoals lezen, wiskunde en wetenschappen zijn er maar weinig transnationale gegevens beschikbaar over het huidige niveau van digitale vaardigheden van jongeren in de Europese Unie (EU). 

Er zijn meer gegevens nodig om beter te begrijpen waardoor er verschillen in vaardigheidsniveaus ontstaan en hoe deze verschillen met doeltreffende maatregelen kunnen worden aangepakt door de EU en door de EU-landen.

Doelstellingen 

Om deze uitdagingen aan te gaan, steunt de Europese Commissie acties om vergelijkbare data over de digitale vaardigheden van jongeren uit heel Europa te verzamelen en te analyseren. 

Er is in 2021 een EU-streefcijfer voor digitale vaardigheden vastgelegd in de resolutie van de Raad betreffende een strategisch kader voor Europese samenwerking op het gebied van onderwijs en opleiding met het oog op de Europese Onderwijsruimte en verder (2021-2030). 

In deze resolutie wordt ertoe opgeroepen om uiterlijk in 2030 het percentage leerlingen in het tweede jaar van het voortgezet onderwijs (13-14 jaar) die zwak presteren voor computer- en informatievaardigheden terug te brengen tot minder dan 15%.

De prestaties op het gebied van computer- en informatievaardigheden worden gemeten aan de hand van gegevens uit de International Computer and Information Literacy Study (ICILS). 

Door gegevens uit verschillende landen te verzamelen (transnationale gegevensverzameling) wordt meer inzicht verkregen in de trends op het gebied van digitaal onderwijs, zowel op EU- als op nationaal niveau. Hierdoor kunnen nationale overheidsdiensten beter de vaardigheidsniveaus van jongeren door de jaren en over grenzen heen volgen. Dit versterkt de basis voor empirische onderbouwde beleidsontwikkeling.

Belangrijkste activiteiten

• EU-landen en met het Erasmus+-programma geassocieerde derde landen financieel steunen bij hun deelname aan ICILS 2023;
• de voortgang naar het EU-streefcijfer voor digitale vaardigheden van leerlingen monitoren aan de hand van gegevens van ICILS;
• verslag uitbrengen over digitale vaardigheden in de Onderwijs- en opleidingsmonitor.

Resultaten 

• De EU-brede dekking van internationaal vergelijkbare gegevens over digitale vaardigheden is uitgebreid van 7 deelnemende EU-landen in 2018 naar 22 in 2023.
• Er is nu op EU-niveau een beter beeld van de digitale vaardigheden van leerlingen en de factoren die van invloed zijn op de ontwikkeling van die vaardigheden. Het behalen van het EU-streefcijfer is een grote uitdaging voor de EU, want 43% van de leerlingen beschikt maar over beperkte digitale vaardigheden.

Financiering

Deze actie wordt gefinancierd via het Erasmus+-programma van de EU.