Skip to main content

European Education Area

Quality education and training for all

Beleidsdialoog met bepaalde regio’s en landen over de hele wereld

Hoe werkt de Commissie op dit gebied samen met andere landen? 

De EU heeft een aantal fora opgezet om met landen en regio’s buiten de EU een dialoog te voeren over het hoger onderwijs. 

Deze gesprekken brengen hoge ambtenaren en deskundigen uit de EU en uit de betrokken landen of regio's in contact met elkaar, meestal in het kader van conferenties, seminars en studies over specifieke onderwerpen. 

De beleidsdialoog moet de weg vrijmaken voor meer samenwerking en mobiliteit tussen de EU en de partnerlanden of -regio’s. De landspecifieke en regionale factsheets laten zien hoe Erasmus+ de mobiliteit en de samenwerking tussen Europa en andere delen van de wereld financiert.

Beleidscontext

Het Oostelijk Partnerschap is een gezamenlijk beleidsinitiatief dat tot nauwere betrekkingen moet leiden tussen de Europese Unie (EU), haar lidstaten en zes oostelijke partnerlanden: Armenië, Azerbeidzjan, Georgië, Moldavië, Oekraïne en Wit-Rusland. 

Er zijn vier thematische platforms waarop beleidskwesties aan de orde worden gesteld: 

  • versterking van de instellingen en goed bestuur
  • economische ontwikkeling en marktkansen
  • connectiviteit, energie-efficiëntie, milieu en klimaatactie
  • mobiliteit en intermenselijke contacten

Beleidsdialoog

Onderwijs, jeugd en cultuur vallen onder platform 4, dat ook betrekking heeft op migratie, mobiliteit, geïntegreerd grensbeheer, onderzoek en innovatie. 

Op de top van het Oostelijk Partnerschap in 2017 werd besloten het panel voor onderwijs, cultuur en jeugd op te richten. Dit panel houdt zich bezig met de implementatie van doelstellingen 18 en 19 van het pakket Jeugd en Onderwijs, en geeft richting aan de discussie over onderwijs, cultuur en de creatieve sectoren, de vaardigheden van jongeren, ondernemerschap en inzetbaarheid. 

Het panel promoot de modernisering, internationalisering en digitalisering (e-learning) van de onderwijs- en opleidingsstelsels. Het zet zich ook in voor de bredere erkenning van niet-formeel onderwijs en ondersteunt de ontwikkeling van de culturele en creatieve sectoren in de oostelijke partnerlanden. 

De nadruk ligt op: 

  • ondersteuning en empowerment van de jonge generatie door bij te dragen aan de totstandkoming van een inclusief en empirisch onderbouwd jeugdbeleid 
  • ondersteuning van onderwijs, opleiding en de overgang naar werk voor jongeren via een peer-learningdialoog over beleid en instellingen

Beleidscontext

In het kader van een sterker Europees nabuurschapsbeleid (ENB) en naar aanleiding van de mededeling van 2011 en de herziening van het ENB van 2016 heeft de Europese Commissie zich ertoe verbonden: 

  • de modernisering van het hoger onderwijs te ondersteunen
  • meer steun te geven aan leermobiliteit voor studenten, docenten, universiteitsmedewerkers en jongeren uit de landen van het zuidelijke Middellandse Zeegebied

Samenwerkingsinstrumenten

Wat hoger onderwijs, beroepsonderwijs, opleiding en jeugd betreft, steunt de Commissie deze doelstellingen via verschillende internationale samenwerkingsprogramma’s en -initiatieven, waaronder:

Beleidscontext

Dit EU-initiatief voor onderwijssamenwerking met Albanië, Bosnië en Herzegovina, Noord-Macedonië, Kosovo*, Montenegro en Servië, ging in 2012 van start. 

Jaarlijks komen de onderwijsministers van deze landen bijeen om de gemeenschappelijke prioriteiten vast te stellen, actuele beleids- en hervormingsmaatregelen te bespreken en besluiten te nemen over regionale samenwerking en EU-steun. 

De negende ministeriële bijeenkomst van het platform voor onderwijs en opleiding voor de Westelijke Balkan vond op 2 december 2020 plaats, samen met het platform voor onderzoek en innovatie. De bijeenkomst ging voornamelijk over de nieuwe agenda voor de Westelijke Balkan voor innovatie, onderzoek, onderwijs, cultuur, jeugd en sport, waarover overeenstemming moest worden bereikt. 

Het ministerieel platform stimuleert regionale samenwerking en communicatie, waaronder bundeling van middelen en uitwisseling van goede praktijken tussen de landen van de Westelijke Balkan onderling en met de EU-instellingen en de EU-landen. Het voorziet ook in follow-up in de vorm van gezamenlijke projecten, studies en evenementen. 

Het perspectief op langere termijn van deze dialoog is de westelijke Balkanlanden te helpen met hun hervormingen en hen voor te bereiden op de verantwoordelijkheden van het EU-lidmaatschap, waaronder de volwaardige deelname aan de EU-onderwijsprogramma’s.

*Deze benaming laat de standpunten over de status van Kosovo onverlet en is in overeenstemming met Resolutie 1244 van de VN-Veiligheidsraad en het advies van het Internationaal Gerechtshof over de onafhankelijkheidsverklaring van Kosovo.

Beleidscontext

"Investeren in de jeugd voor versnelde inclusieve groei en duurzame ontwikkeling", zo luidde het overkoepelende thema van de top tussen de Afrikaanse Unie en de EU in Abidjan op 29 en 30 november 2017. Bevolkingsgroei, migratie, jongeren, werkgelegenheid en vaardigheden stonden daar centraal. 

Staatshoofden uit beide continenten bevestigden hun engagement om in jongeren, onderwijs en vaardigheden te investeren. De EU voegt de daad bij het woord met de goedkeuring van een pan-Afrikaans programma voor de periode 2018-2020, met een budget van 400 miljoen euro. 

Met de deelname van 107 universiteiten uit 41 Afrikaanse landen, en van regionale organen en studenten, is het strategisch partnerschap Afrika-EU een voorbeeld van de uitstekende samenwerking tussen de EU en de Afrikaanse Unie. De dialoog heeft geleid tot de volgende initiatieven:

  • Tuning Africa – een samenwerkingsproces waarbij de voor een bepaalde discipline vereiste competenties en vaardigheden worden geëvalueerd. Studieprogramma’s worden herzien, zodat studenten precies dát leren wat nodig is voor succes op de arbeidsmarkt.
  • De harmonisatie van kwaliteitsborging en accreditatie in het Afrikaanse hoger onderwijs (HAQAA) ondersteunt het pan-Afrikaans kader voor kwaliteitsborging en accreditatie De HAQAA is met name gericht op de ontwikkeling van pan-Afrikaanse normen en richtsnoeren voor kwaliteitsborging in het hoger onderwijs, capaciteitsopbouw bij de regionale en nationale instanties voor hoger onderwijs en betere institutionele evaluatie.

Deze twee initiatieven zijn vernieuwd in het huidige kader, met twee nieuwe vlaggenschipinitiatieven die in 2019 van start zijn gegaan. De EU zal steun verlenen aan een "African Students and Alumni Association", die ervoor moet zorgen dat de inzichten van jongeren worden meegenomen in onderwijsprocessen, het onderwijsbeleid en innovatie-initiatieven. Ook zal zij steun verlenen aan een proefproject voor mobiliteit van medewerkers en studenten in beroepsonderwijs en -opleidingen (BOO) en tussen Afrikaanse en Europese BOO-aanbieders en -instellingen. Dit moet de beroepsontwikkeling van BOO-leerkrachten en -leidinggevenden verbeteren, en daardoor ook de vaardigheden van studenten.

Afrika neemt actief deel aan het Erasmus+-programma en in het kader van de Marie Skłodowska-Curie-acties krijgen ook Afrikaanse onderzoekers steun. Het Intra-Africa Academic Mobility Programme financiert partnerschappen en mobiliteit tussen universiteiten in Afrika.

Beleidsdialoog

De EU en Brazilië zijn tot een gemeenschappelijke verklaring over samenwerking op het gebied van onderwijs en opleiding gekomen. De Europese Commissie en de Braziliaanse autoriteiten voor onderwijs en opleiding hebben twee beleidsdialogen op regeringsniveau en een symposium gehouden.

Beleidscontext

In het kader van de strategische partnerschapsovereenkomst tussen de EU en Japan vinden beleidsdialogen plaats die de nauwe banden tussen de EU en Japan verder moeten aanhalen. Een daarvan is de beleidsdialoog over onderwijs, cultuur en sport.

De eerste bijeenkomst in het kader van deze dialoog, die in juli 2018 in Boedapest plaatsvond, leverde al meteen concrete resultaten op, waaronder een overeenkomst om een gezamenlijk gefinancierde oproep te lanceren voor gezamenlijke EU-Japan-masterprogramma’s op basis van het Erasmus Mundus-model. Medio 2019 werden drie gezamenlijke programma’s geselecteerd.

De tweede bijeenkomst werd op 10 mei 2021 georganiseerd door het Japanse ministerie van Onderwijs, Cultuur, Sport, Wetenschap en Technologie (MEXT). 

Deze bijeenkomst werd ook bijgewoond door Mariya Gabriel, Europees commissaris voor Innovatie, Onderzoek, Cultuur, Onderwijs en Jeugd, en Koichi Hagiuda, de Japanse minister van Onderwijs, Cultuur, Sport, Wetenschap en Technologie (MEXT). 

De EU en Japan stelden elkaar op de hoogte van hun prioriteiten voor het beleid en de initiatieven op het gebied van onderwijs, cultuur en sport. 

Bijzondere aandacht werd geschonken aan maatregelen voor veerkracht en herstel ten behoeve van deze drie zwaar door de coronacrisis getroffen sectoren. 

De samenwerking met Japan in het kader van EU-programma’s, in de eerste plaats Erasmus+, wordt op prijs gesteld door beide partijen, die inmiddels overeenstemming hebben bereikt over nieuwe samenwerking op het gebied van mobiliteit van onderzoekers.

Gezamenlijke persverklaring:
 

Beleidscontext

De afgelopen tien jaar hebben de EU en China nauw samengewerkt op het gebied van onderwijs en opleiding, cultuur, meertaligheid en jeugd. 

Deze samenwerking bestond uit regelmatige beleidsdialogen op regeringsniveau en gezamenlijke projecten en evenementen.

Sinds 2012 zijn al deze activiteiten geïntegreerd in de High Level People-to-People Dialogue (HPPD) tussen de EU en China, de derde pijler van hun onderlinge betrekkingen,

die een aanvulling vormt op de twee andere pijlers: de economische en handelsdialoog op hoog niveau en de strategische dialoog op hoog niveau. 

HPPD-bijeenkomsten vinden ongeveer eens per jaar plaats, afwisselend in de EU en in China. De vijfde HPPD-bijeenkomst van de EU en China werd op 9 en 10 november 2020 door DG EAC georganiseerd. De vorige vergadering vond in 2017 in Sjanghai plaats.

De HPPD is het overkoepelende mechanisme voor alle gezamenlijke initiatieven van de EU en China op het gebied van interpersoonlijke contacten. Deze initiatieven vloeien voort uit de conclusies van de bijeenkomsten van leiders en hoge ambtenaren, waarop langetermijndoelstellingen worden vastgesteld, goede praktijken worden uitgewisseld en gebieden voor toekomstige samenwerking worden verkend.

De HPPD moet bijdragen tot het wederzijds vertrouwen en het intercultureel begrip tussen de EU en China consolideren.

Gezamenlijke persverklaring:

Beleidscontext

De EU en India werken samen op onderwijsgebied, onder meer bij: 

  • modernisering van het hoger onderwijs
  • academische uitmuntendheid
  • mobiliteit van wetenschappelijk personeel en studenten
  • beroepsonderwijs en -opleidingen
  • een leven lang leren
  • transparantie
  • kwaliteit en gelijke rechten in het onderwijs 
  • wederzijdse erkenning van kwalificaties

Op de EU-India-top van 2008 hebben de EU en India hun voornemen bekendgemaakt om de dialoog en samenwerking op het gebied van onderwijs en cultuur te intensiveren. Daarbij wordt gekeken naar: beroepsopleiding, technisch onderwijs, erkenning van diploma's, modernisering van het hoger onderwijs (waarbij de nadruk wordt gelegd op kwaliteit transparantie en partnerschap) en het bevorderen van talen.

Beleidscontext

Sinds 2010 hebben de Europese Commissie en de bevoegde Mexicaanse autoriteiten voor onderwijs en opleiding twee beleidsdialogen op regeringsniveau gevoerd.

De bedoeling daarvan was op hoog niveau te spreken over onderwerpen van gemeenschappelijk belang en zodoende goede praktijken uit te wisselen en concrete gebieden voor toekomstige samenwerking aan te wijzen. Op langere termijn moeten de dialogen de samenwerking op het gebied van het hoger onderwijs en de mobiliteit tussen de EU en Mexico bevorderen.

Beleidscontext

In hun gezamenlijke verklaring van mei 2012 erkennen de EU en Zuid-Afrika de cruciale rol van onderwijs en opleiding bij de ontwikkeling van op kennis gebaseerde samenlevingen en economieën, en bij het stimuleren van groei en werkgelegenheid.

De vier vergaderingen van hoge ambtenaren uit de EU en Zuid-Afrika, die sindsdien hebben plaatsgevonden, waren gericht op uitwisseling van goede praktijken op gebieden die uiteenliepen van de internationalisering van het hoger onderwijs tot innovatie en de modernisering van hoger onderwijs en onderzoek. 

Tijdens de strategische dialoog is ook gesproken over onderwerpen van gemeenschappelijk belang, zijn goede praktijken uitgewisseld, is de samenwerking bij de programma’s geëvalueerd en zijn concrete gebieden van wederzijds belang voor de volgende samenwerkingsperiode aangewezen.

Beleidscontext

De EU en Zuid-Korea werken samen op het gebied van hoger onderwijs omdat beide overtuigd zijn van de cruciale bijdrage van het onderwijs aan de ontwikkeling van een wereldwijd concurrerende, op kennis gebaseerde economie en daarmee ook aan groei en werkgelegenheid. 

Tot op heden zijn de samenwerkings- en uitwisselingsprogramma’s voor studenten en personeel succesvol geweest. Beide partijen vinden echter dat er op meer gebieden kan worden samengewerkt. Op de top van de EU en Zuid-Korea in 2013 werd daarom aangekondigd dat de samenwerking zou worden verbeterd door de beleidsdialoog en gezamenlijke samenwerkingsprojecten op het gebied van het hoger onderwijs te bevorderen. 

Bij de eerste beleidsdialoog werd gesproken over praktische manieren om de samenwerking op het gebied van hoger onderwijs te versterken door de uitwisseling van goede praktijken, beleidsevaluatie, en kennisopbouw en -uitwisseling. De tweede dialoog vond plaats in het laatste kwartaal van 2018 in Zuid-Korea.

Beleidscontext

De samenwerking met de Verenigde Staten wordt ondersteund via EU-programma’s voor wereldwijde academische samenwerking en door aanvullende initiatieven, waaronder een bilaterale tak van het Fulbright-programma voor samenwerking met de EU. 

Het Fulbright Schuman Program

Het Fullbright Schuman Program, dat wordt beheerd door de Commissie voor onderwijsuitwisselingen tussen de Verenigde Staten en België, wordt gezamenlijk gefinancierd door het Amerikaans ministerie van Buitenlandse Zaken en het directoraat-generaal Onderwijs en cultuur (DG EAC) van de Europese Commissie. Sinds 1991 financiert het gezamenlijke programma doctorale en postdoctorale studies, onderzoek en lezingen over de betrekkingen tussen de EU en de VS, het EU-beleid of de EU-instellingen voor geïnteresseerde Amerikaanse en Europese burgers.

EU-US Young Leaders Seminar

Het EU-US Young Leaders Seminar is een platform voor intermenselijke contacten tussen de EU en de VS dat is voortgekomen uit samenwerking tussen de Europese Commissie en het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken. Op de eerste editie van dit seminar ontmoetten vijftig jonge leiders uit de Verenigde Staten en Europa elkaar. Zij spraken over de uitdagingen en kansen van de integratie van migranten en vluchtelingen in economie, onderwijs en cultuur. Op het tweede seminar kwam een vergelijkbare groep bijeen om de toekomst van werk te bespreken. De nadruk lag op de invloed van de technologie, de vaardigheden van de toekomstige beroepsbevolking en de sociale gevolgen van de veranderende werkomgeving.

Modernisering van het hoger onderwijs: een vergelijkend onderzoek naar onderlinge afstemming tussen de EU en de VS

In het kader van het Bologna-proces voor de hervorming van het hoger onderwijs zijn de Europese ministers overeengekomen dat instellingen voor hoger onderwijs hun programma’s opnieuw moeten definiëren op basis van resultaten, en dat zij deze programma’s meer studentgericht moeten maken om afgestudeerden voor te bereiden op hun toekomstige rol in de samenleving. Een project – Tuning Educational Structures in Europe – werd opgezet om studenten beter voor te bereiden op de arbeidsmarkt. Een gelijkaardige methodologie wordt wereldwijd ingevoerd.